Voorzichtig beweeg ik de nacht, mijn vleugels breekbaar en toch, voorzichtig openen ze want…ik wil weer fladderen. Ik wil de connectie met mijn diepere zelf ervaren, ik wil in de puurheid van mijn Zijn bewegen en stilstaan.
De connectie met woorden voelt stuntelig, de vrije stroom heeft mij nog niet gevonden, of ik heb haar nog niet kunnen grijpen. Ze danst voor me, glimlacht en nodigt me uit. Beweeg maar, schrijf maar, laat het vloeien spreekt ze me zachtjes toe, dit zijn jouw woorden, dit is jouw gevoel, dit mag er zijn. Jij mag er zijn, met en in al je gevoelens.
Ik voel me alsof ik niet meer weet hoe de passen in deze beweging zijn, alsof ik lange tijd in een geforceerde pas bewogen heb, en nu ik vrij mag bewegen weet ik niet meer hoe.
Het gestuntel stemt me verdrietig, het besef dat ik zo hevig geraakt en gewond ben stemt me verdrietig. Er zijn alweer zoveel veranderingen in mijn en ons leven, de vrijheid om samen te dansen is weer verdwenen. Terwijl we net heel heel voorzichtig bezig waren die vrije ruimte samen in te kleden. De slaapkamer anders in te richten, met meer ruimte om samen te delen en beleven. Met het besef dat vaak bij mij de connectie ontbreekt, te verdrietig, te moe, te veel stress, teveel onrust, te veel van zoveel dat impact heeft en wegleidt van vrij dansen. Voor jou, voor mij, voor ons.
En ondanks dat alles was er heel af en toe weer een vrij dansen, waarin ik vrij en hoog durfde te gaan, waarin ik diep dook maar mij veilig wist in jouw armen en dominantie.
Nu de privacy in huis weer verdwenen is voel ik mij nog meer gevangen in een kooi die ruimte geeft tot fladderen maar waarvan ik weet dat teveel gefladder mijn vleugels zal beschadigen.
Dus zit ik stil, beweeg soms mijn vleugels, voel de vibratie en ik weet dat het goed is. Ook al voelt het eenzaam nu, moeten we opnieuw zoeken naar spaarzame en kleine momentjes waarin we alleen met woorden en soms een subtiel gebaar uiting kunnen geven aan onze verlangens.
Onze momenten komen wel weer, er is een weten en een diep delen, er is een dynamiek die ons drijft en ons voedt. We kunnen samen dansen, we kunnen ook samen stilstaan. Dus in gedachten leg ik mijn hoofd tegen jouw schouder terwijl ik denk aan de momenten waarin jouw hele lichaam jouw verlangen ademde. En straks wanneer ik in bed kruip kom ik dicht tegen jou aan liggen, je hoefde het niet te vragen vanavond, ik had de vraag al gehoord voor jij deze uitgesproken had.