In ’t donker schuif ik tegen je aan, mijn lichaam verlangt en toch is er die enorme drempel. Daar waar ik voorheen me kon laten leiden door lust en verlangen voer ik nu een innerlijke discussie. Er is even geen stoorzender in huis, ik hoef alleen maar mijn lichaam tegen ’t jouwe een te schuiven. Een hand op je huid was altijd voldoende om je wakker te krijge, dat zal na al die tijd nog steeds niet anders zijn. Waarom voelt alles dan zo vervreemdend…
Ik haal nog eens diep adem en draai me op mijn andere zijde, schuif dichter tegen jouw warme lichaam aan. Het mijne is koud, ik voel je warmte en laat mijn hand bewegen. Met een tevreden grom draai je meer richting mij, bekende bewegingen volgen een eigen patroon. Bekend en zo vreemd, ik probeer ze te volgen, het voelt zo anders. Er is een weten wat de bekende patronen met me deden en er is een voelen dat zo anders is dan wat ooit was.
Daar waar seks voorheen een passievol samensmelten was is het nu een aarzelend bewegen van mijn kant.
Af en toe duikt de vraag op in mijn hoofd of ik het nog wel fijn vind, ja…maar het is anders. Ik mis wat er was en dat moet ik zien los te laten.
Verdriet overmand me, verdriet dat alles zo anders voelt, dat mijn lichaam zo anders voelt. Dat jouw manier van aanraken niet anders is dan het al die jaren was en ik niet meer bij het gevoel van weleer kan komen.
Het gevoel dat ik altijd had, sensitief overgevoelig, dat je adem op mijn huid genoeg kon zijn om me te laten vliegen. En nu voelt het alsof je bewegingen harder binnenkomen dan me lief zijn.
Ik geef het aan, de beweging wordt anders, jouw bewegen wordt anders. Mijn verdriet wordt heviger, ik heb gehuild tijdens deze eerste vrij partij in maanden.
Mijn lichaam heb ik vervloekt om de veranderingen om het vervolgens allemaal los te laten en proberen de dans die ik zelf had ingezet te volgen. Mét het besef van wat er anders voelt, mét het verdriet dat daaraan gekoppeld zit maar óók en misschien wel vooral met een kleine sprankeling die ik lang niet meer had mogen ervaren.
De avond erna, een plagerijtje op de bank, een verlangen naar pijn welke me zowel bekend als vreemd voorkomt. Bekend omdat ik maar al te goed weet hoe mijn verlangens werken, vreemd omdat ik dit de afgelopen maanden niet gevoeld heb. Ik wil die cane weer voelen, ik wil die sensatie weer beleven en ik ben er bang voor. Niet voor de pijn, niet voor de hardheid..ik ben bang dat ik mijzelf er niet meer in herken, en dat ik mijzelf er niet meer in kan vinden.
Ik ben bang dat de veranderingen in mij ertoe hebben geleid dat ik niet meer kan genieten van pijn zoals ik altijd kon, dat ik niet meer de onverzagdigdbare masochist ben.
We hoeven het niet uit te spreken, er is al zoveel gepraat de afgelopen maanden. We weten…en we herkennen het verlangen in elkaar.
Een onverwachts privacy moment is het duwtje dat we nodig hebben.
In een paar woorden hebben we een voorzichtig kader geschetst, eenmaal boven weet de angst dat dit niets wordt hevig grip op mij te krijgen, even maar want ik laat haar los. Ik probeer terug te duiken in het verlangen dat ik beneden op de bank voelde, de blik die ik in jouw ogen zag, de herinneringen die onlangs getriggerd werden door een mooie tekst die passeerde. Ik probeer ze allemaal bij elkaar te brengen, de eerste slag van de cane land en ik haal opgelucht adem….mijn lichaam verwelkomt de sensatie van pijn, met een vage herinnering aan iets dat ooit bekend was.
Het is een bijzonder bewegen, onze dans, ons voorzichtig mee bewegen met patronen die bekend zijn, het herkennen van de doodlopende paadjes en veranderen van richting. Er is een ander samensmelten, een voorzichtig inslaan van een nieuwe weg. Met de vervreemding die ik ervaar, met de obstakels die dit voor jou opwerpt, met onzer beiden angsten en twijfels…maar we doen het. We maken die beweging, we dansen die dans en het voelt goed.