Wanneer je me de diepte toont spring ik, zonder aarzeling.
Ik drijf in een gewichtsloze ruimte, gestuurd door jouw nemen, genomen door jouw duidelijkheid.
In de donkerte opent het licht zich, ze neemt me op, ik ben haar, of is zij mij..
Diverse grijstinten dwarrelen een eigen pallet.
De duale dans van ons Zijn brengt ons op plaatsen onbekend maar zo bemind.
Er is een leiden, er is een volgen. Er is een lijden, mijn lijden.
Ik volg, ik lijd, ik geef. Mijn diepte reik ik je aan, je springt zonder aarzeling.
We drijven in een gewichtsloze ruimte, gestuurd door ons delen.
Des te harder je eist des te dieper ik duik.
Des te meedogenlozer je neemt des te breder mijn verstilde glimlach.
Licht danst met me, in me, om me.
Ik omarm haar en fluister…wat heb ik jou gemist….