Om mijn vinger nog steeds de ring waarin staat ‘Dansen in Zijn’, ze is me dierbaar. Ik kan me niet indenken haar losse beweging niet om mijn vinger te voelen.
Er was een dans, herinner ik mij vaag. Er was een bewegen, intens en passievol. Ik draaide haar vuur, volgde haar warmte.
Nu de dans mij heeft verlaten vervagen de herinneringen aan zoveel bijzondere momenten. Kan ik me bijna niet meer indenken dat ik ooit zo passievol heb kunnen dansen.
Het is of de ring zwaarder aanvoelt, alsof ze me toefluistert dat ik ooit weer zal dansen. Verdrietig draai ik de ring in rondjes om mijn vinger, ik moet soms oppassen haar niet te verliezen, of zij mij.