Ooit schreef ik ‘Leven is het Zijn in jezelf toe durven laten’ wat is het verdomd moeilijk, complex en verwarrend om mijn Zijn toe te laten. Ze grist, ze graait, ze sist, ze gromt.
Ik loop achter, ik loop mezelf achterna. Wanneer ik de ene emotionele achtbaan gehad heb vlieg ik door de volgende in. Geen tijd om te laten indalen, ik kon het laten bezinken maar ik wilde schrijven.Ik wilde de gordijnen van woorden om mij heen vast grijpen, ik wilde ze mij laten grijpen. Ik wilde gegrepen worden om me opnieuw te kunnen laten meevoeren, ik wilde herbeleven. In woorden vangen wat in gevoel zo tastbaar en toch ongrijpbaar was.
Dagen regen zich aaneen en het ontbrak me aan ruimte om te schrijven. Ik balanceerde tussen een nieuwe wereld, een oude wereld en een schimmenwereld. Ieder met zijn eigen aantrekkingskracht, ieder met zijn eigen demonen, ieder met zijn eigen zonnestelsels en toch bewogen ze zich door elkaar, langs elkaar, en met elkaar.
Leven is het Zijn in jezelf durven toelaten…ik durfde. Met al mijn pijn liet ik je weer toe, niet ondanks al mijn pijn…mét mijn pijn. Ik kan mezelf niet opnieuw aan je geven zonder die pijn, wanneer je mijn overgave accepteert krijg je de pijn erbij. Niet de pijn veroorzaakt door een ex partner…de pijn veroorzaakt door jou. Ik geef ze je, reik ze je. Wees er voorzichtig mee, ze is me op een vreemde manier dierbaar geworden. Ze vulde de stilte die je achterliet, ze werd de warmte waar niets dan kilte heerste. Ze werd mijn heerser, ze nam me meedogenloos en zonder compassie, ze was er…altijd. Soms sluimerend op de achtergrond aanwezig, soms duidelijk sturend, ze hield me in haar greep, ik was in haar ban.
Ze zal je niet zomaar toestaan haar van de troon te stoten, ze zal haar bestaansreden niet zomaar opgeven. Zij stond op toen jij losliet, en nu jij me weer hebt vastgegrepen zal zij niet geruisloos verdwijnen.
Dus ik vraag je…accepteer mijn pijn zoals je mijn overgave accepteert.